Droogteperiode in Nederland

Droogteperiode in Nederland

Ben Lankamp
Ben Lankamp
Ben Lankamp 4 juli 2018 09:30 uur
In een steeds groter deel van Nederland is sprake van een droogteperiode. Daarvoor moet ten minste 20 dagen achtereen geen (meetbare) neerslag zijn gevallen. Plaatselijk is het al bijna een maand lang droog.

Een droogteperiode is een periode van ten minste 20 aaneengesloten dagen zonder meetbare neerslag. Van meetbare neerslag is sprake wanneer er 0,1 millimeter of meer op één dag valt.

Al sinds 7 juni is het droog in delen van Zeeland, daar duurt de droogteperiode nu al 26 dagen. Vanaf 14 juni is het ook onafgebroken droog in delen van Utrecht, het oosten van Noord-Brabant en delen van Limburg.

De droogteperiode is daar een feit vanaf woensdag, mits er geen (lokale) onweersbui valt. De kans is namelijk wel aanwezig, hoofdzakelijk in Limburg. Voor het grootste deel van het land wordt voorlopig geen regen verwacht, zodat op steeds meer plaatsen sprake zal zijn van een droogteperiode.

De gevolgen van de aanhoudende droogte en warmte laten zich raden: bijvoorbeeld natuurbranden en een toename van blauwalg in zwemwater. Langs de spoorwegen is intussen dagelijks sprake van bermbranden.

In Nederland houdt de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) in de gaten, hoe het staat met de droogte, watertemperaturen en de afvoer van de rivieren. Het LCW geeft tijdens aanhoudende droogte, waarbij mogelijk een watertekort ontstaan, regelmatig een zogenoemd droogtebericht uit.

Droogteperiode komt vaker voor

Een droogteperiode is geen jaarlijks verschijnsel, maar komt wel met enige regelmaat voor. Bijvoorbeeld bij het KNMI in De Bilt zijn sinds het begin van de metingen in 1901 al 16 eerdere droogteperiodes geweest.

Het meest recent was een droogteperiode van 1 tot en met 20 september 2014 (precies 20 dagen). Deze eeuw zijn er in De Bilt drie droogteperiodes geweest, daar komt nu een vierde bij.

Droogteperiodes kunnen zeer lang duren. Het voorjaar van 2007 excelleerde met een zeer lange droogteperiode, die regionaal vanaf eind maart tot begin mei aanhield.

In De Bilt is de langste droogteperiode van 4 april t/m 6 mei 2007, een periode van maar liefst 33 dagen. Op veel andere plaatsen begon de droogteperiode dat voorjaar een paar dagen eerder, op 30 of 31 maart. Daarmee werd regionaal een droogteperiode van 37 of 38 dagen genoteerd.

De landelijk langste droogteperiode was ook in het voorjaar van 2007. In Schiphol was het droog tussen 24 maart en 6 mei, een droogteperiode van maar liefst 44 dagen!

Aanhoudende droogte

Het einde van deze droogteperiode is nog niet in zicht. Als we de modelberekeningen mogen geloven, dan blijft het tot diep in volgende week op veel plaatsen droog in ons land.

Dankzij een standvastig hogedrukgebied blijven storingen op afstand, ontstaan er nauwelijks wolken en wordt het neerslagtekort alsmaar groter en groter.

Tot volgende week dinsdag blijft de kans op regen in de regio Utrecht kleiner dan 10%.

Neerslagtekort neemt toe

Het neerslagtekort wordt berekend door de waterhoeveelheid aan verdamping af te trekken van de hoeveelheid gevallen regen. Als er meer water verdampt dan er aan regen valt, ontstaat er een tekort.

Op een stralend zonnige dag met hoge temperaturen kan in juni en juli wel 6 of 7 millimeter per dag verdampen. In een week tijd kan het neerslagtekort dus 40 tot 50 millimeter toenemen! Er moet dus ook flink wat regen vallen, in dezelfde tijd, om dat tegen te gaan.

In de zomer is het daardoor ook heel normaal dat er een tekort is, maar dat is meestal tussen 50 en 100 mm. Nu is het tekort gemiddeld 161 mm over heel het land, in sommige regio's al meer dan 200 mm. Alleen in de zomer van 1976 was het tekort groter.

Files en vertragingen