Een uitloper van een hogedrukgebied in de buurt van de Azoren wordt de komende dagen teruggedrongen op de Atlantische Oceaan. In Nederland zorgt dit ervoor dat we na een paar dagen met rustig en vrij zonnig najaarsweer een omslag gaan meemaken naar een wisselvalliger weertype.

Lagedrukgebieden trekken met de kern veelal over Schotland richting het zuiden van Scandinavië. De bijbehorende fronten zorgen tijdens de start van deze 30-daagse periode voor bewolking, neerslag en het aantrekken van de wind. In de weerkaarten van het Europese weermodel is deze lagere luchtdruk ten noorden van ons land tijdens deze periode duidelijk te herkennen. Door een zuidwestelijke windrichting blijft het wel vrij zacht voor de tijd van het jaar met middagtemperaturen van 16 of 17 graden. Waarden van 13 tot 15 graden zijn gebruikelijk voor midden oktober. Door de toename aan bewolking verlopen de nachten en vroege ochtenden ook minder fris.

Na het weekend blijven lagedrukgebieden bepalend voor het weer in onze omgeving, maar de exacte locatie en de daaropvolgende draaiing van de wind brengt mogelijk een opstoot van warmte teweeg. In diverse weermodellen trekken deze weersystemen vanaf de Atlantische Oceaan langs het westen van Frankrijk richting het zuiden van Engeland en Ierland. De sterke zuidwestelijke stroming die met deze koers gepaard gaat, voert zeer milde en vochtige oceaanlucht aan.

In de temperatuurpluim van het Europese weermodel wordt door een handjevol berekeningen in de loop van volgende week waarden van meer dan 20 graden verwacht. De temperatuurpluim van het Amerikaanse weermodel (hierboven zichtbaar) laat ook een stijgende trend van de temperatuur zien, maar is minder uitgesproken in vergelijking met zijn Europese tegenhanger.

Bekijk hier hoe de pluimverwachting tot stand komt

Wie bij deze hoge temperaturen hoopt op zonovergoten en rustig najaarsweer moet deze verwachting een beetje bijstellen. Er is grote kans dat de wisselvalligheid nog een tijd aanhoudt en dat het zo nu en dan een periode stevig kan waaien. De pluim voor de windrichting geeft een sterk signaal voor een overwegend zuidwestelijke windrichting. De tweede en derde week van deze 30-daagse komen vervolgens ook natter dan gemiddeld uit de bus.

Richting het einde van oktober verdwijnt in de weerkaarten een sterke voorkeur voor een bepaalde luchtdrukverdeling boven het Europese continent. Ook het berekende neerslagpatroon heeft geen overduidelijke meerderheid voor een nat of juist droog verloop van het herfstseizoen. Tijdens de overgang naar de novembermaand verschijnt in de kaart met de temperatuurafwijking nog wel een patroon voor bovengemiddelde temperaturen, al is dit beperkt tot enkele graden boven het langjarig gemiddelde. Tijdens de eerste helft van november is een maximumtemperatuur van 12 graden gemiddeld.

Foto omslag: Ben Saanen