De maand mei verliep op veel plaatsen ronduit nat, maar de neerslagverschillen tussen Noord-Nederland en Zuid-Nederland zijn wel groot. Op sommige plaatsen in Noord-Brabant en Zuid-Limburg viel meer dan 170 millimeter regen, terwijl het in de noordelijke provincies tot enkele tientallen millimeters kwam. Tijdens de laatste meidagen komt er nog behoorlijk wat regen bij.

Alles over het weer voor de komende dagen lees je in ons uitgebreide weerbericht Nederland.

1 juni gaat de meteorologische zomer van start, maar van zomerweer is tijdens de eerste week van de maand juni geen sprake. Als we naar de luchtdrukkaarten voor de periode van 3 juni tot en met 10 juni kijken dan zien we een hogedrukgebied ten westen van het Verenigd Koninkrijk en lagedruk boven Scandinavië. Deze luchtdrukverdeling brengt een noorden- tot noordwestelijke stroming opgang. De wind waait dan over een relatief koude Noordzee naar ons land. De Noordzee is overigens met circa 15 graden wel wat warmer dan normaal voor de tijd van het jaar. De temperatuurkaart van het ECMWF laat dan ook op sommige plekken lichtblauwe kleuren in onze regio zien en dat wil zeggen dat de temperatuur gemiddeld gezien iets lager uit zal komen dan normaal. Maxima rond 20 graden zijn gebruikelijk voor begin juni en tijdens de nachten is een graad of 10.

Bovendien brengt deze noordwestelijke stroming naast lagere temperaturen ook soms veel (hardnekkige) bewolking met zich mee. Bijzonder is dit niet, want tijdens de eerste juniperiode hebben we wel vaker te maken relatief lage temperaturen. Deze periode wordt ook wel de schaapscheerderskou genoemd. Vroeger kwam deze periode goed uit, want dan werd de kale huid van de schapen na het scheren niet direct blootgesteld aan de felle zon. Met een beetje geluk blijft het tijdens de eerste periode van juni wel vaak droog dankzij de invloed van het hogedrukgebied ten westen van ons.

In dit artikel lees je alles over de schaapscheerderskou.

In loop van de maand raken we de invloed van hoge luchtdruk waarschijnlijk kwijt. Tijdens de periode van 10 tot 17 juni overheerst de lage luchtdruk in grote delen in Europa, waaronder ook in Nederland. Lagedrukgebieden vanaf de Atlantische Oceaan kunnen onze regio dan waarschijnlijk geregeld bereiken. Deze depressies brengen vaak regengebieden of buien naar onze omgeving. De buien kunnen soms ook gepaard gaan met onweer. In deze perioden krijgen we dus waarschijnlijk met wisselvallig weer te maken, waardoor de kans op een lange droge periode wederom klein is. Wisselvallig weer betekent overigens niet dat lange droge perioden met zon er niet zullen zijn. Ook tijdens de derde en vierde juniweek lijkt lage luchtdruk de overhand te hebben. Op langere termijn gaat dit wel gepaard met veel onzekerheid. 

Als we naar de temperatuurkaarten van het ECMWF kijken tijdens de periode van 17 tot 24 juni en 24 tot 1 juli dan zien we dominantie van rode kleuren in grote delen van Europa. Ondanks het wisselvallige weer is de kans dus vrij groot dat het tweede deel van juni gemiddeld gezien wat warmer zal verlopen dan gebruikelijk. Gemiddeld gezien stijgt de temperatuur in de maand op zestien dagen boven 20 graden en vijf daarvan wordt het warmer dan 25 graden. Kortom: het ziet er naar uit dat de hoofdmoot wisselvallig is met buien, maar zeker ook droge perioden met zon. Een dominante lange droge periode lijkt er vooralsnog niet in te zitten. Na een ietwat koele start van de maand juni kunnen we tijdens de tweede junihelft mogelijk op warmer weer rekenen.

Hoofdfoto: Gierny Westra