Hoe betrouwbaar is een winterverwachting?

Hoe betrouwbaar is een winterverwachting?

Alfred Snoek
Alfred Snoek
Alfred Snoek 14 september 2020 16:23 uur
Laatste update: 14 september 2020 17:25 uur
Kunnen de seizoensverwachtingen ons een antwoord geven op de vraag of de winter van 2020-2021 een koude winter gaat worden?

Hoe betrouwbaar is een winterverwachting?

Je kunt de klok er op gelijk zetten, elk najaar verschijnen kort nadat het strooigoed in de supermarkt weer te koop is, verwachtingen voor het komende winterseizoen. Niet alleen onder meteorologen en weerliefhebbers is er een grote belangstelling voor wat het weer gaat doen in de koudste maanden van het jaar, ook de media is bovengemiddeld geïnteresseerd in dit soort experimentele verwachtingen.

We zeggen expres experimentele verwachting, want in die fase zitten als we het hebben over seizoensverwachtingen en dat wordt nog weleens vergeten. Het scala aan verwachtingen is tegenwoordig groot. De ene verwachting lijkt gebaseerd te zijn op onderbuikgevoelens van de maker(s), de andere verwachting heeft een veel wetenschappelijkere onderbouwing. 

Verwachting gemaakt in september 2019 wat betreft de afwijking van de temperatuur in januari 2020 door het ECMWF model. 

Gemeten afwijking van de luchttemperatuur in januari 2020. Het signaal van het ECMWF model zien we wel deels terugkomen, maar de extreme afwijkingen van soms meer dan 6 graden in het noorden van Europa had het model niet voorzien.

Sneeuw, ijs, zon, zeewater en wind

De verwachtingen die op basis van onderbuikgevoelens gemaakt worden, laten we verder links liggen. In dit artikel richten we ons op verwachtingen die een wetenschappelijke basis hebben. Heel voorzichtig beginnen wetenschappers namelijk de atmosfeer te doorgronden als het gaat over trends op lange termijn. Zo blijken afwijkingen van de zeewatertemperatuur in bijvoorbeeld de Atlantische Oceaan, de Stille oceaan of zelfs de Indische Oceaan het weer voor langere tijd in delen van de wereld te beïnvloeden. Ook de windrichting op grote hoogte in de tropen blijkt iets te zeggen over het heersende weerregime tijdens de daarop volgende wintermaanden in Europa. 

Verwachting voor februari 2020, gemaakt in september 2019 door het ECMWF.

Het signaal waar de berekeningen van het ECMWF mee kwamen in september 2019 zien we opnieuw terug in de gemeten afwijkingen. Toch is het veel warmer geworden dan dat de computers ons ruim voor de start van de winter aangaven.

De aanwezigheid of juist afwezigheid van sneeuw en ijs in de Arctische gebieden heeft volgens de kenners invloed, maar wat die invloed precies is, weet men nog steeds niet helemaal. Zo dacht men zo’n 5 jaar geleden bijvoorbeeld dat de aangroei van het sneeuwdek in vooral Europa en Azië iets zou zeggen over de winter die daarop zou volgen. Al snel bleek dat met deze zogenaamde SAI-index, geen enkel verband was aan te tonen wat betreft het winterweer in West-Europa. Ook de invloed van het enorme tekort aan zee-ijs in het Noordpoolgebied heeft invloed op de luchtdrukverdeling op het Noordelijk Halfrond en dus ook op het winterweer in Europa, maar ook hier zien we in de beschikbare studies niet altijd dezelfde uitkomsten naar voren komen. 

Het ECMWF voorzag ook een iets nattere februari. Vooral in het noorden van Italië, op de Britse Eilanden en het zuiden van Scandinavie wers meer neerslag voorzien.

Uiteindelijk werd februari vooral nat in Frankrijk. De uitschieters in Italië en de Britse Eilanden zien we nauwelijks terug. Geen slechte score, maar in hoeverre is dit een toevalstreffer?

Dat deze elementen invloed hebben op het stromingspatroon in Europa in de daaropvolgende maanden is iets waar de kenners het wel over eens zijn, maar wat hun invloed precies is en of ze elkaar ook nog kunnen beïnvloeden is vandaag de dag een groot vraagteken en dus zijn seizoensverwachtingen nog experimenteel. Vandaag de dag zijn we wel een heel stuk verder dan bijvoorbeeld tien jaar geleden. Toch zijn we nu vooral in staat om te verklaren waarom een bepaald seizoen juist veel warmer, natter, kouder of droger is verlopen, dan dat we echt een gefundeerde uitspraak kunnen doen over een winterseizoen dat ons nog te wachten staat.

Verwachtingen zijn openbaar

Ondanks alle onzekerheden is men volop aan het experimenteren met dit soort verwachtingen voor de zeer lange termijn. Vandaag de dag zitten dit soort verwachtingen niet meer achter slot en grendel. Iedereen die een beetje goed kan zoeken op het internet, kan deze verwachtingen inzien. Zo plaatsen diverse internationale weerdiensten de kaarten, soms met duiding, soms ook niet. En juist die duiding is zo belangrijk want klakkeloos een berekening tonen en daar conclusies aan verbinden is echt te kort door de bocht. Het is van belang om het publiek te vertellen wat de waarde is van seizoensverwachtingen en de daaraan gekoppelde conclusies. 

In augustus berekende het ECMWF een minimale luchtdrukafwijking boven het noorden van Europa. Meet invloed van hogedruk werd er voorzien boven de oceaan en ook in de buurt van Oekraine en Rusland. Deze afwijking zou goed zijn voor een wisselvallige en zelfs wat te koude november.

Als een maand later de computers van het ECMWF opnieuw de afwijking van de luchtdruk voor november hebben berekend, dan zien we opneens vooral positieve afwijkingen. In plaats van lagedruk, lijken nu vooral hogedrukgebieden meer vat te krijgen op het weerbeeld in grote delen van Europa in de laatste weerkundige herfstmaand. Zegt dit iets over de betrouwbaarheid van dit soort berekeningen.

Op waarde schatten

Wie niet genoeg kennis heeft van de materie kan logischerwijs een willekeurige seizoensverwachtingen niet op waarde schatten, zeker als een verwachting heel stellig wordt gebracht. En dat zien we nog weleens in de media gebeuren. De meeste bizarre voorbeelden komen misschien nog wel uit Engeland waar standaard wel een bepaalde instantie of individu een verwachting maakt dat er een horror-winter op komst is. Voer voor de (sociale) media en vervolgens gaat deze ongefundeerde verwachting een eigen leven leiden, vaak ook buiten de landsgrenzen. Daarnaast weten lezers vaak niet wie de verwachting heeft gemaakt (omdat dat in de nieuwsberichten op een gegeven moment niet meer te achterhalen is) en uiteindelijk wordt iedere meteoroloog aangesproken over de op hand zijnde horror-winter die ‘jullie’ hadden verwacht. 

Zomaar wat krantenteksten die we de afgelopen jaren in de Engelse kranten zagen verschijnen. 

Computermodellen

De belangrijkste weercentra in de wereld zoals het ECMWF in het Engelse Reading, maar ook de supercomputers van het Amerikaanse NCEP berekenen maanden vooruit. Van het ECMWF komen elke maand nieuwe verwachtingen uit de computer rollen. Zo verschenen een paar dagen geleden de laatste inzichten voor de komende maanden. Voor winterliefhebbers zien die er nog niet eens zo slecht uit. Voor de periode november tot en met januari worden vrij normale temperaturen verwacht en alleen februari lijkt een klein graadje te warm te worden. Als we dat afzetten tegen de afgelopen winter, dan komt het in ieder geval wat vaker tot vorst en wie weet valt er ook weer eens op een paar dagen sneeuw. Echter, de verwachting die de maand ervoor uit de computer kwam rollen, waren compleet anders dan de huidige verwachting. Dat is niet bij alle elementen het geval, maar om een voorbeeld te geven, het verschil in luchtdrukafwijking voor de aankomende novembermaand is compleet het tegenovergestelden van de berekeningen een maand ervoor.

Volgens sommige onderzoekers is er een verband tussen het aantal zonnevlekken en het optreden van een koudere winter. Echter, volgens een onderzoek van het KNMI is daar geen sprake van. (meer info? klik op de afbeelding)

Deze grote afwijkingen en dus de geringe betrouwbaarheid van dit soort computerberekeningen is de reden waarom we bij Weerplaza heel voorzichtig zijn met verwachtingen voor een heel seizoen. Aan een 4-weekse verwachting willen we ons nog wel wagen, al zien we die ook regelmatig in de soep lopen. Over het algemeen kun je stellen dat op basis van computermodellen met heel veel mitsen en maren een verwachting is te maken voor 10 tot 15 dagen vooruit. Alles verder vooruit zit nog altijd in de experimentele fase.

Toekomst

Ooit komt er een moment dat we als meteorologen de atmosfeer zo goed begrijpen en dat computers nog een stuk krachtiger zijn, dat we een verwachting voor enkele maanden vooruit kunnen geven. Daar zijn we nu nog lang niet en dus wachten ook wij voorlopig rustig af wat de winter van 2020-2021 ons gaat brengen. 

Files en vertragingen