De eerste maand van de meteorologische lente startte kletsnat. Vooral in het zuiden viel flink wat neerslag. Waar normaal in maart gemiddeld 70 millimeter valt, viel deze neerslagsom plaatselijk ruimschoots in delen van Noord-Brabant. Sterker nog, het kwam bijna tot een record. Alleen de eerste 10 dagen van maart 1998 waren natter, toen viel op sommige plaatsen meer dan 100 millimeter neerslag. Uiteindelijk bleek 1998 ook met meest natte jaar sinds het begin van de metingen te worden, dus geen schande om een tweede plaats in te nemen achter dit jaar.

Na de kletsnatte start, kwam het tot een paar dagen fraai lenteweer in deze maand. De temperatuur liep in het zuiden van het land op naar ruim 17 graden, de warmste dag van dit jaar tot nu toe. Het was een aantal dagen droog weer en de zon scheen vaak flink. Opvallend, maar ook typerend voor deze tijd van het jaar, waren de koude nachten. Waar het overdag ruim 15 graden werd, vroor het in de vroege ochtend nog één of twee graden. Door de hoge temperaturen overdag en de kou 's nachts moesten fruitboeren voor het eerst dit groeiseizoen beregenen als bescherming tegen nachtvorst.

In de laatste week van maart kwam het tot schitterend lenteweer in vrijwel heel Nederland. De eerste landelijk warme dag was een feit op 30 maart, toen werd het in De Bilt bijna 22 graden, een dagrecord. Ook op de laatste dag van de maand kwam het tot een dagrecord. In Arcen werd de hoogste temperatuur van deze maand genoteerd: 24,3 graden. Gedurende deze lenteweek was het vrijwel overal droog, al kwam het een enkele keer wel tot een regen- of onweersbui.

Meerdere periodes met lenteweer hebben ervoor gezorgd dat maart niet alleen als vrij droog de boeken in gaat, maar ook als zeer zacht. Alleen maart 1991 was gemiddeld warmer, maar maart 2017 neemt met gemiddeld 8,6 graden een tweede plaats in. De maand startte kletsnat, maar gemiddeld over het land viel er zo'n 55 millimeter neerslag. Normaal is dat ongeveer 70 millimeter. Gezien de natte start, is het overgrote deel van de maand gewoon zeer droog geweest met slechts af en toe regen of enkele buien.

Ook de zon kregen we deze eerste lentemaand genoeg te zien. Gemiddeld over het land scheen de zon ongeveer 180 uren, waar het normaal ongeveer 125 uren zijn. De meeste zon was aan de noordkust te zien: bijna 200 uur. Dat de zon aan zee wat vaker schijnt dan in het binnenland is in het voorjaar heel normaal. Het land warmt snel op en de Noordzee is nog koud: boven land ontstaan de stapelwolken, terwijl het in een kuststrook op dezelfde dag vaak zonnig blijft.