In Nederland spreken we van een koudegolf wanneer in De Bilt er minimaal 5 ijsdagen op rij worden gemeten. Op 3 dagen in die reeks moet het ook streng vriezen hetgeen betekent dat het kouder kouder dan -10 graden moet zijn.

Door de op warming van het klimaat komen koudegolven komen in Nederland steeds minder vaak voor. In hittegolven zien we juist een toename.

Sinds de metingen zijn gestart zijn er in De Bilt 33 koudegolven geweest. De laatste was in 2012. De overige 32 vielen allemaal in de vorige eeuw. De langste koudegolf was in 1947, toen bleef het 3 weken onder het vriespunt. De winter van 1963 leverde 4 koudegolven op die in totaal 35 dagen duurden.

Regionale koudegolven komen iets vaker voor en zien we meestal in het noorden van het land. De langste regionale koudegolf was ook in 1947. In Groningen en in de kop van Noord-Holland bleef de temperatuur tussen 22 januari en 24 februari 34 dagen onder het vriespunt en was vroor veel nachten streng.

De laatste regionale koudegolf was in februari 2021 onder andere in het zuidoosten.

Lichte vorst: temperatuur van -0,0 tot -5,0 graden.

Matige vorst: temperatuur van -5,1 tot -10,0 graden.

Strenge vorst: temperatuur van -10,1 tot -15,0 graden.

Zeer strenge vorst: kouder dan -15,1 graden.

IJsdag: etmaal waarbij de maximumtemperatuur lager is dan 0,0 graden.