Zondagavond viel in een gebied grofweg ten noorden van de grens tussen de provincies Gelderland en Overijssel enige tijd (natte) sneeuw. Dit leverde door perioden met intensievere neerslag een sneeuwdek van circa één tot drie centimeter op. De winterse neerslag werd veroorzaakt door de passage van een lagedrukgebied, gecombineerd met de grens tussen koude en zachte lucht die boven ons land aanwezig was. 

De kern van het lagedrukgebied schoof over het midden van het land en is in de onderstaande afbeelding met de windrichting en -kracht nog goed herkenbaar. Aan de zuidflank draaide de wind naar het westen en trok behoorlijk aan. In Hoek van Holland werd zelfs een krachtige wind waargenomen door de windmeters die 6 Beaufort registreerden. Een vergelijking met de temperatuurkaart van hetzelfde moment laat zien waar de grens tussen de twee verschillende luchtsoorten aanwezig was.

Aan de noordzijde van het neerslaggebied hield de aanvoer van de koude continentale luchtsoort met een oostelijke windrichting stand. De vallende neerslag werd onderweg naar de grond omgeven door de koude luchtsoort en ging over in (natte) sneeuw. Door de aanwezige bodemwarmte smolt de sneeuw in eerste instantie vrij snel weg en blijft het pas liggen naarmate het intensiever begon te sneeuwen.

Hierbij speelt het proces van zogeheten opglijding ook nog een rol. Zachtere lucht heeft een lagere dichtheid dan koudere lucht en is lichter van gewicht. Het schuift vervolgens als het ware over de koude luchtsoort heen, waardoor de neerslag door de stijgende luchtbewegingen in deze zone intensiveert. Het neerslaggebied kon door de tegenwerking van de koude lucht ook maar moeizaam in noordelijke richting uitbreiden. In Groningen werd hierdoor, ondanks de laagste temperaturen, nauwelijks winterse neerslag waargenomen zondagavond.

De meeste sneeuw viel vervolgens in een strook van de Noordoostpolder tot en met het oosten van Twente. Maar ook in het uiterste noorden van Gelderland en het zuiden van de provincies Friesland en Drenthe werden sneeuwvlokken waargenomen. Hieronder enkele beelden uit deze regio.

Vanwege het ophopen van de sneeuw werd door het KNMI code geel uitgegeven voor gladheid door sneeuwval. Tijdens de nacht naar maandag komen met name in het noordoosten brede opklaringen voor en daalt de temperatuur naar waarden tussen -1 en -4 graden. In het oosten en midden van het land wisselen wolken en opklaringen elkaar af en vooral tijdens opklaringen daalt de temperatuur richting of net een fractie onder het vriespunt. In de gebieden waar sprake was van sneeuwval blijft kans op gladheid door bevriezing van sneeuwresten. Hier is maandagochtend nog kans om te ontwaken in een witte wereld.

In opklaringsgebieden in het midden en noorden van het land kan tijdens de nacht van zondag op maandag tevens nevel of mist tot ontwikkeling komen.

In de loop van maandag wordt de koude lucht steeds verder teruggedrongen naar het noordoosten en de zachte luchtsoort is aan de winnende hand. In het uiterste noordoosten van Groningen kan het nog tot het middaguur duren totdat de zachte lucht is gearriveerd. Tijdens deze overgangsfase kan nog wat winterse neerslag voorkomen, maar zoveel als zondagavond wordt niet meer verwacht.

Foto omslag: Jelle Muller