In de week van 14 tot 19 april is de luchtdruk ten noorden van ons land hoog terwijl lagedrukgebieden vooral te vinden zijn rondom de Middellandse zee. Hierdoor waait in onze omgeving een oost- of noordoostenwind en blijven regenstoringen voorlopig op ruime afstand. Ondanks dat de periode van 15 februari tot 15 maart record nat is verlopen, is er in de 30-daagse periode daarna juist record weinig regen gevallen. Het contrast kan niet groter, en ondanks dat er dus eerst nog een overschot aan regenwater was, is daar nu niets meer van te merken. De eerste tekenen van droogte zijn zelfs alweer zichtbaar en daar lijkt in deze week dus weinig positiefs in te veranderen.

Zo uitzonderlijk warm zoals het eerder deze maand was, lijkt het niet meer te worden. In de zuidelijke provincies wordt het soms nog ruim 20 graden, in het noorden zal dat zeker niet lukken. Af en toe komt hier wat koelere lucht vanaf de Noordzee het land op. 

Pas in het weekend verliest hogedruk even wat invloed op onze omgeving waardoor lagedruk uit Zuid-Europa iets kan opdringen. Het zorgt slechts voor een lokale bui in het zuiden van het land. 

Als het zwaartepunt van het hogedrukgebied in de week van 20 tot 26 april meer richting IJsland trekt, wordt de wind niet alleen in West-Europa noordoostelijk, ook Midden- en Oost-Europa krijgen aanvoer van lucht uit het noordoosten en deze lucht is vrij koud. In dit deel van Europa wordt het duidelijk te koud voor de tijd van het jaar en wij bevinden ons ook net in dit gebied met temperaturen onder normaal. Deze negatieve afwijking van de temperatuur is opmerkelijk. In de verwachting van een week geleden, leek deze week in een groot deel van Europa wat warmer dan normaal te verlopen. Onder invloed van het hogedrukgebied, hebben depressies in deze week geen kans om ons land aan te doen. Het is dan ook droog met naast soms hardnekkige wolkenvelden, ook momenten met zonneschijn. In de nachtelijke uren is een graadje vorst overigens niet uitgesloten, zeker niet boven de droge zandgronden in het binnenland.

Aan het einde van de aprilmaand lijkt de luchtdrukverdeling iets te veranderen. De invloed van hogedrukgebieden wordt minder, maar een westelijke stroming waarbij lagedrukgebieden ons regelmatig regenwater opleveren, zit er eerst nog niet in. Het zijn vooral lagedrukgebieden die vanuit het zuiden van Europa opstomen naar landen als Oostenrijk, Tsjechië, Polen en Duitsland, die ons uiteindelijk op wat buien gaan trakteren. Na weken zonder noemenswaardige regen, zit er dus weer wat regenwater aan te komen. 

Rond de maandwisseling zien we de wind wel iets vaker uit het westen waaien. Toch wordt het signaal in de 4-weekse verwachting een stuk minder duidelijk. Daarmee neemt dan ook de betrouwbaarheid sterk af. Waarschijnlijk verlopen de eerste meidagen vrij normaal met af en toe een bui, geregeld zon en vrij normale temperaturen.