El
Niño komt voor in de Stille Oceaan en dit fenomeen wordt gekenmerkt door een periode met warmer dan
gemiddeld zeewater voor en langs de kust van Zuid-Amerika . In de Atlantische Oceaan
komt soms een vergelijkbaar verschijnsel voor. Dit wordt wel de Atlantische Niño
genoemd.
Dit weersschijnsel speelt zich af
voor de westkust van Afrika en de oostkust van Zuid-Amerika. Het warmere
zeewater en de zwakkere passaatwinden zorgen ervoor dat bijvoorbeeld Kaapverdië,
Senegal, Gambia en Brazilië meer regenval dan normaal kunnen verwachten en er minder
koud water uit de diepe oceaan opwelt voor de Afrikaanse kust. De Sahel is
juist een regio die drogere condities kan verwachten.
Het warmere zeewater geeft
convectie een boost en er komen meer lagedrukgebieden tot ontwikkeling.
Daarnaast is het warme zeewater natuurlijk een voedingsbodem voor het ontstaan
van tropische stormen die later kunnen uitgroeien tot orkanen.
Lees ook: wat is een orkaan?
Tot dusver is 2023 een redelijk normaal orkaanseizoen. De eerste drie noemenswaardige tropische
stormen zijn tot ontwikkeling gekomen en kunnen van de namenlijst afgestreept worden:
Arlene, Bret en Cindy. Veel organisaties,
zoals je hieronder ziet, hebben een minder druk dan normaal seizoen voorzien. Deze start is redelijk vergelijkbaar met 2022 toen de eerste drie tropische stormen (Alex, Bonnie en Colin) ook al voor de eerste helft van juli waren ontstaan.
Niet alleen het zeewater van de
Atlantische Oceaan is warmer dan gebruikelijk, ook de Stille Oceaan is aan een
opwarmende fase begonnen. Op 9 juni maakte de Amerikaanse organisatie NOAA (National
Oceanic and Atmospheric Administation) bekend dat op basis van hun criteria de
start van El Nino een feit was. Waar de Atlantische Niño de vorming van
orkanen stimuleert, werkt de Pacifische El Niño dit juist tegen.
Dit komt omdat de verticale
windschering (het verschil in windsnelheid met de hoogte) groter wordt door El
Niño. Dat betekent dat er meer wind op hoogte staat in vergelijking met de wind
aan de grond. De forse en vaak koude winden hoger in de atmosfeer zorgen ervoor
dat de prille orkaan begint te kantelen en als het ware uit elkaar wordt
getrokken. Om de orkaan tot volle kracht te kunnen laten ontwikkelen is weinig
windschering noodzakelijk zodat de opwaartse stromen niet worden onderbroken en
de orkaan alle beschikbare energie kan opslokken.
Een ander effect van El Niño is
dat de Afrikaanse jet, vergelijkbaar met de straalstroom bij ons op de gematigde
breedtegraden, zwakker wordt. Het dalen van de luchtdruk en de ontwikkeling van
storingen voor de kust van Afrika wordt door de zwakkere jet vertraagt en het zorgt ervoor dat deze transportband de stormen met minder vaart
de oceaan over stuurt richting het Caribisch gebied.
Nu sprake lijkt van beide fenomenen
is een bepaalde mate van tegenwerking gaande. Het is nog zeer de vraag wat de
precieze uitwerking hiervan gaat zijn op het Atlantisch orkaanseizoen.
De periode waarin deze weersverschijnselen
zich afspelen is het eerste aspect waarin ze afwijken van elkaar. El Niño bouwt
zich geleidelijk op tijdens de zomer op het noordelijk halfrond en bereikt zijn
hoogtepunt aan het einde van de herfst en in de winter. Het brengt wereldwijd
grote verandering van het weer met zich mee en alles wat daarmee samenhangt. De
Atlantische Niño piekt juist tijdens de zomer, wanneer El Niño nog redelijk
inactief is. Het duurt over het algemeen een stuk korter en de impact is minder
groot en merkbaar in een kleiner gebied.
Eén van de belangrijkste overeenkomsten
zit hem in de oceaan-atmosfeer koppeling. De positieve feedback, in dit specifieke
geval de Bjerknes feedback, is verantwoordelijk voor de start van de Atlantische
Niño. Om dit proces goed te begrijpen, raden wij aan om de uitgebreide video hierboven te bekijken. De passaatwinden worden zwakker en omdat minder water wordt weggeblazen
naar de oostkust van Zuid-Amerika stokt de compensatie in de vorm van opwelling
van koud water uit de diepe oceaan voor de kust van Afrika. Het is gekoppeld aan
de Walker circulatie die ook in de Stille Oceaan aan het verschuiven is bij een
El Niño event. Deze overeenkomsten leiden ertoe dat er net als in de Stille
Oceaan ook in de Atlantische Oceaan een koudere Niña-variant voorkomt.
Meestal begint de Atlantische Niño
in de zomer na een winter met El Niño (op het noordelijk halfrond).
Er wordt langzaamaan steeds meer
bekend over het kleine broertje van El Niño, maar er zijn nog steeds veel onbeantwoorde
vragen. In de jaren ’90 kwam het bijvoorbeeld frequent voor en daarna kwam het
fenomeen langere tijd niet voor, totdat het in 2016, 2018 en 2019 ineens
terugkeerde. Wat veroorzaakte die lange pauze is één van de vragen waar de
wetenschap zich nu over buigt. Ook de relatie tussen het verloop van het orkaanseizoen
en het voorkomen van de Atlantische Niño is een topic van wetenschappelijk
onderzoek.
Bekijk hieronder de neerslagverwachting van het Harmonie weermodel voor de komende 48 uur. Meer weerkaarten bekijken doe je op I'm Weather.
Wordt het lekker weer of niet? Hoewel de beleving voor iedereen anders is, hebben we getracht een algemeen cijfer te geven voor het weerbeeld per dag. Het weercijfer is gebaseerd op een algoritme dat is gecreërd door onze meteorologen en bevat variabelen als zonuren, (gevoels)temperatuur, wind, neerslag en wolken. Vooral een rustig en zonnig weerbeeld zorgt voor een hoge score van het weercijfer.